Wat doet een spiritueel genezer eigenlijk?

Ik begeleid mensen en ik leg de nadruk op begeleiden, want ze moeten het allemaal zelf doen. Ik kan geen stap voor iemand zetten. Ik kan voor niemand het leven leven. Ik kan niet doen wat iemand zelf moet doen. Ik kan mensen wel begeleiden op hun pad. Dat pad ken ik. Op dat pad begeleid ik ze naar hun eigen bron, waardoor ze los komen van alle kaders die ze opgeplakt hebben gekregen of die ze zichzelf hebben opgeplakt en daarna als vrije mensen door het leven kunnen gaan. Dat doe ik op een bepaalde manier. Het spirituele zit hem in het feit dat ik met name werk met energie waardoor je als het ware de mogelijkheid creëert voor mensen om bij hun eigen kern te komen. Dat gaat als volgt. Ieder mens zit vast in zijn hoofd. Dat is het grote probleem van deze wereld en van alle tijden. Dat hoofd vergelijk ik met een bijenkorf. Dat zoemt de hele dag maar door. De ene gedachte volgt de andere op en de mens is nooit in rust. Wat ik nu doe is mensen zodanig energetisch behandelen waardoor ze de mogelijkheid krijgen uit dat hoofd te zakken.

Waar zakken ze dan naartoe?

Ik probeer ze zodanig te laten zakken dat ze gaan wonen in hun woonkamer, dat is in dit geval de buik, de woonkamer van het lichaam.

Hoe moet ik me dat voorstellen? Iemand komt bij jou in de praktijk …

Iemand is op de een of andere manier vastgelopen in zijn leven. Dat zijn vaak problemen van geestelijke aard. Iemand kan het werk niet meer aan, iemand heeft problemen thuis, iemand zit niet lekker in z’n vel. Een voorbeeld. Er komt een vrouw bij mij de praktijk binnen die een probleem op haar werk heeft. Ze voelt zich daar niet meer thuis. Ze heeft problemen om het werk goed te kunnen doen. Ze heeft het gevoel dat ze op haar tenen loopt, dat ze heel veel moet en niet aan de vraag kan voldoen. Wat ik dan in eerste instantie doe is iemand gewoon laten vertellen wat er in haar beleving aan de hand is. Wat ik tevens doe is – en dat vermogen heb ik nu eenmaal – heel snel een link leggen naar waar het probleem vandaan komt, want geen enkel probleem staat op zichzelf. Deze vrouw heeft een jeugd gehad waarin zij heel erg op haar tenen moest lopen omdat ze dacht te moeten voldoen aan allerlei eisen van buitenaf, haar vader speelt daar een grote rol in, en ze etaleert dat in haar hele leven. Eigenlijk is elke dag voor haar een soort examen. Iedere dag moet ze presteren om maar te kunnen voldoen aan het beeld dat ze van zichzelf heeft gemaakt. Dat beeld is ontstaan door haar invulling van wat anderen tegen haar zeiden hoe ze zou moeten zijn. Daarmee is ze volkomen afgeraakt van haar eigen basis. Ze moet elke dag als een soort jongleur de ballen omhoog houden omdat ze denkt dat andere mensen dat van haar verwachten.

En wat ga jij dan doen?

Ik ga haar terugbrengen naar wie ze werkelijk is. Ik begeleid haar zodat ik al die gekke beelden die andere mensen haar hebben opgeplakt kan elimineren. Dat doe ik niet door ze alleen maar weg te halen, maar door die beelden terug te laten komen zodat ze ze opnieuw kan beleven. Haar beleving van het beeld en het idee dat ze dat niet meer nodig heeft, maakt dat ze afscheid kan nemen van dat beeld.

Wat doe jij nou anders dan een reguliere therapeut?

Ik werk met energie. Dat zal ik proberen uit te leggen. Ieder mens heeft een energieveld om zich heen. Dat is verbonden aan het fysieke lichaam door middel van knooppunten. Die knooppunten noemen we in het Sanskriet chakra’s. Als je ergens binnenkomt waar je niemand kent dan kun je toch de sfeer proeven. Dat doe je omdat je dat energieveld als het ware vooruit stuurt en weer terughaalt met informatie. Op dat moment ga je je afstemmen op de informatie die je binnen krijgt. Dat energieveld heeft bij ieder mens een specifieke, eigen frequentie, een trillingssnelheid. Wat ik nu doe is door het veranderen van die trillingssnelheid zorgen dat iemand in staat wordt gesteld bij zijn eigen basis te komen. Dat is een proces dat tijd kost maar wat ook als kenmerk heeft dat je eerst fysiek in balans moet zijn om er überhaupt iets mee te kunnen. Iemand moet dus eerst energetisch in balans zijn om zichzelf te kunnen ervaren en voelen. Bij de meeste mensen, zeker in het westen concentreert zich dat energieveld alleen aan de bovenkant. Iedereen zit in zijn hoofd. Als je de energie van mensen zou je kunnen zien dat ze aan de bovenkant een enorme bel energie hebben, en daaronder is die energie meestal verdwenen. Dat hele energieveld moet dus eerst in balans komen. Pas dan kan iemand gaan voelen.

Hoe doe je dat, dat energieveld in balans brengen?

Dat is een hele goede vraag maar ik kan dat niet uitleggen, want eerlijk gezegd weet ik dat helemaal niet. Ik weet dat ik het kan, ik weet wat ik doe, ik zie wat ik doe maar ik weet niet hoe ik dat doe.

Heb je dat altijd al gehad?

Ja, ik heb dat altijd gehad, maar dat wil niet zeggen dat ik er ook iets mee heb gedaan. Als ik iemand tegenkom, weet ik hoe iemand in elkaar zit. En dan bedoel ik niet hoe iemand aan de buitenkant in elkaar zit, maar ik weet hoe zijn innerlijk in elkaar zit.

Zie je dan bepaald kwaliteiten of groeimogelijkheden?

Ik zie z’n blauwdruk. De oorsprong van iemand. Hoe iemand in zijn wezen is. Dat is ook hetgeen wat een mens wil ervaren.Ik heb als kind altijd gedacht en ook als jong volwassene ‘Ik ben hier wel, maar volgens mij zit ik in het verkeerde stripverhaal’. Ik snapte niet zo heel veel van de aarde. Omdat ik anders waarnam dan anderen en reageerde op wat ik waarnam. Toen ik kind was hadden wij thuis een kennis. Die deed erg vriendelijk, maar ik vond haar helemaal niet vriendelijk omdat zij in wezen helemaal niet vriendelijk was. Het was toneelspel en ik keek daar doorheen en ik reageerde als kind op wat ik zag. Ik ben nu 50 jaar en ben dus opgegroeid in de jaren ’50-’60. De opvoeding was ander dan tegenwoordig en dat liep dus niet goed af. Mijn gevoeligheid werd ook niet onderkend, maar dat mag je niemand kwalijk nemen want dat hoort er ook bij. Achteraf ben ik ontzettend blij dat ik de weg heb gelopen zoals ik heb gedaan, maar in die tijd was dat voor mij ontzettend lastig. Ik begreep er eerlijk gezegd helemaal niets van.

Hoe ging het op school?

Op de lagere school ging alles goed. Dat kwam met name omdat ik een onderwijzer heb gehad die mij misschien niet begreep maar me wel aanvoelde. Ik heb daar een enorme steun aan gehad. De middelbare school was een drama, omdat ik daar heel veel moest. Ik ben behept met een redelijke intelligentie, dus volgens alle intelligentie-testen had ik die middelbare school fluitend moeten doen, maar dat deed ik niet. Ik gooide de kont tegen de krib. Ik verzette me, weerstand. Dat was uitermate lastig.

Weet je nog hoe je tot die weerstand kwam, wat dat was?

Het was een diep innerlijk gevoel van ‘wat een flauwekul is dit hier’. En ‘waarom moet ik voldoen aan allerlei grappen en grollen die andere mensen hebben bedacht’. Ik wilde boer worden.Mijn grootvader had een boerderij. Hij was een Veluwse boer. Een hele eenvoudige, geaarde man, die alles wist van het weer. Ik heb nog nooit iemand meegemaakt die met zoveel liefde voor zijn beesten zorgde. Aangezien ik erg vaak op die boerderij was, werd de liefde voor het boerenvak mij haast met de paplepel ingegoten. Dat komt met name door het feit dat mijn grootvader in mijn ogen op een zeer zuivere manier met alles omging. Ik heb daar veel aan gehad.

Je bent het niet geworden.

Nee, maar ik heb het wel gestudeerd. Ik heb uiteindelijk de hogere landbouwschool gedaan. Trouwens een van de leukste opleidingen die ik ooit heb gedaan. Het vak op zich vond ik gewoon leuk.

Wat maakte nou dat jij ervoor koos om mensen te gaan begeleiden? Wat maakte nou dat jij spiritueel genezer bent geworden?

Dat zal ik je vertellen. Tot aan mijn 34e jaar heb ik geprobeerd mij op de een of andere manier aan te passen aan het leven, de maatschappij. Dat is mij niet gelukt, want ik bleef zitten met het gevoel ‘ik loop hier een beetje te harken, maar in welke tuin eigenlijk?’ Toen ik 34 was, was ik het zat. Ik was op mijn manier klaar met het leven. Ik had het geleefd, ik had het doorgrond, ik had het begrepen, ik wist hoe mensen dingen deden, ik wist hoe de aarde in elkaar zat, en het was voor mij mooi geweest. Binnen dat hele kader van in het verkeerde stripverhaal zitten, wilde ik terug naar huis. Ik had nog steeds een enorm contact met waar ik vandaan kwam. Een besef van het Totaal, zou je kunnen zeggen. Dus ik wilde terug naar huis. Ik heb dan ook besloten op 34 jarige leeftijd ‘ik ben klaar, ik stop ermee’. Ik heb er een eind aan gemaakt. Daar heb ik een bijna-dood-ervaring aan overgehouden, die trouwens de basis is voor mijn werk.

Wat gebeurde er in die ervaring?

Ik ontsteeg alles. Ik kwam thuis. Dat kan ik niet uitleggen. Ik was weer thuis waar ik vandaan kwam. Ik was in ieder geval in het voorportaal. Ik herkende het ook. Ik was er wel eens eerder geweest maar niet op die manier. Op dat moment gebeurde er iets heel wonderlijks. Ik kreeg een film te zien van mijn leven tot dat moment. Tot in details. Het was net alsof ik naar een driedimensionaal scherm zat te kijken en zag hoe mijn leven zich had voltrokken. Toen kreeg ik te zien wat ik eigenlijk had moeten doen, waarom ik naar de aarde was gegaan. Dat was een beeld van de toekomst. Toen ik dat bekeken had, kreeg ik de keus ‘wat ga je doen?’

Wat waren de keuzemogelijkheden?

Ik kon ook terug naar huis. Dat is een vrije keus geweest.

Terug naar huis, is dat de hemel?

Er is geen hemel. Er zijn sferen. Het hele beeld van hemel en hel is bedacht. Ik was in mijn sfeer.

Hoe was het om daar te zijn?

Geweldig! Dat is haast niet onder woorden te brengen. Het is thuis, vrede, ruim, vrij, het is klaar. Maar goed, ik kreeg op dat moment de keus ‘wat ga je doen?’. Mijn besef was inmiddels wel van dien aard dat ik weer terug moest, want ik was niet klaar. Dus ik ben weer teruggegaan.

Niet klaar?

Niet klaar met mijn opdracht. De reden waarom ik naar de aarde was gekomen.

Wat was jouw opdracht?

Mijn opdracht is binnen mijn vermogen een aantal mensen die op mijn pad komen zodanig te begeleiden dat er een bewustwording op gang komt waardoor mensen die dat kunnen gaan leven vanuit hun eigen kern. Dat heeft alles te maken met de heling van de mensheid, of van de aarde.

Je kreeg een opdracht. Dan is er ook een opdrachtgever.

Ja, die is er ook. Toen ik weer terugkwam op aarde heb ik een jaar lang helemaal niets gedaan. Ik heb een jaar lang op een wolk geleefd. Ik keek over de hele wereld heen. Ik doorzag de diepere essentie van de opdracht. Ik zag het nut, het belang. En niet zozeer mijn belang als wel het belang van de keus waar ik ja tegen had gezegd.

Wie was de opdrachtgever?

Ja, daar zal ik wat over zeggen.

Waarom zeg je niet gewoon God?

Omdat God een heel beladen term is. Over welke God hebben we het dan? Over de hervormde God, de katholieke God, of over Allah? Mijn God heeft geen vorm. Het is de Bron, die is voor mij alles. Maar niet gekoppeld aan welke vorm dan ook die we hier op aarde hebben bedacht. Met andere woorden, Hij wordt niet vertegenwoordigd door welke instituut dan ook.

Iemand zei me dat je het ook wel eens hebt over de Grote Baas.

Ik gebruik wel eens metaforen. De Grote Baas zou je eigenlijk beter de Grote Architect kunnen noemen. Als een architect een huis ontwerpt dan ontwerpt hij het, hij bemoeit zich misschien nog even met de bouw maar hij gaat zich absoluut niet bemoeien met degene die erin woont. Want stel je voor dat die architect elke week langskomt om te zien hoe jij in dat huis leeft.

Dus God heeft geen bemoeienis met de aarde?

Niet in die directe zin, volgens mij. Hij heeft een ontwerp neergelegd en dat voltrekt zich. De manier waarop wij met dat ontwerp omgaan is een ander verhaal. Het leven is net een voetbalwedstrijd. De eerste trap is een bewuste trap. Dat is de aftrap. Dan weet iedereen waar het balletje heen gaat. Daarna weet niemand hoe zich de wedstrijd zich gaat ontvouwen. Alleen weten we dat er een aantal spelregels zijn waarbinnen het spelletje zich afspeelt.Dat is in het leven in feite net zo.

Is God dan een soort scheidsrechter?

Nee hoor.

Of heeft Hij de bal op de punt gelegd?

Nee. Hij heeft de mogelijkheden gecreëerd om een voetbalwedstrijd te kunnen spelen. Hij heeft het veld aangelegd, hij heeft de tribune gebouwd. Dat staat er allemaal netjes bij. Maar het spelletje moet je zelf doen. Je moet je proberen voor te stellen dat als je vanuit de sferen terug gaat naar de aarde je uit een gebied komt waar je 30 kilometer ver kunt kijken. Hoe dichter je bij die aarde komt hoe dichter de damp wordt. Je komt in feite in een soort mist terecht. Dat vraagt ook binnen jezelf om een hele duidelijke innerlijke keus. Want je kunt niet vandaag zeggen ‘dat ga ik doen’ en morgen ‘ik geloof dat ik toch maar wat anders ga doen’. Sterker nog, het is zelfs heel wezenlijk te weten van waaruit je die keus maakt. Daarom heb ik drie maanden in een hut in het bos gezeten omdat ik dat voor mezelf helder moest krijgen. Ik denk dat je het zou kunnen vergelijken met de 40 dagen in de woestijn uit de bijbel. Want alles komt op je af en aan jou is de keus. Toen heb ik de keus gemaakt alleen te willen werken met de Bron. Dat leidde uiteindelijk tot een diepe overgave aan mezelf. Ik ben dwars door de eenzaamheid heen gegaan. Ik heb daar een nacht meegemaakt waarin ik heb lopen schreeuwen, gillen, huilen en blèren. Ik werd zo verschrikkelijk bang. Ik heb nooit zo’n angst meegemaakt als in die nacht. Het was net een film. Ik heb een gat in de grond gegraven. Daar ben ik in gaan zitten. Ik wilde wel in de grond kruipen. Dat heeft een nacht geduurd en toen ik de volgende ochtend weer een beetje bijkwam, was ik door de eenzaamheid heen. Ik was erdoor. Dat wil niet zeggen dat ik geen eenzaamheid ken, die ken ik wel degelijk. Maar ik was door de strijd heen. De overgave aan mezelf en aan de Bron, het diepe besef dat ik alleen maar volgen kan, dat ik kan doen wat ik doe omdat ik volg, is de basis geweest om met mijn praktijk te beginnen. Dat heeft daarna trouwens nog ruim een jaar geduurd.

Ben jij nou verlicht?

Nee, dan werkte ik bij Philips. Ik vind dat altijd van die termen … Ik weet.

Ben je bewust?

Ja, ik ben bewust.

Heb jij als bewust mens nog een schaduw?

Natuurlijk heb ik schaduwkanten. Die heeft ieder mens. Als er licht is, is er ook schaduw. Alleen – en ik denk dat dat het grote verschil is – ik leef niet vanuit mijn schaduwkant. Ik ken hem wel. Ik heb hem meegemaakt, mijn angst, mijn miskenning, de behoefte om gehoord en begrepen te worden. Dat soort dingen heb ik allemaal meegemaakt. Maar ik ben door die schaduwkant heen gegaan. Ik kom hem af en toe tegen maar ik hoef niet meer mee te gaan in de beweging.

Kan ik hem nog tegen komen als buitenstaander?

Nee, dat denk ik niet.

Hoe kijkt jouw familie nou tegen jou aan?

Ik heb een goede verhouding met mijn moeder en twee zusters.Mijn vader is 10 jaar geleden overleden. Met mijn vader heb ik een hele dynamische verhouding gehad. Omdat ik heel graag wilde dat hij mij begreep en ik alles in het werk heb gesteld om hem zover te krijgen. Met name in de pubertijd ben ik een drama voor hem geweest. Als mijn vader zei dat we naar rechts gingen, zei ik categorisch ‘ik denk dat ik even links ga’. Dat was erg lastig voor hem. Uiteindelijk heb ik een hele goede band met hem gehad. Ik kijk daar ook heel warm op terug. Mijn vader is overleden aan een hersenbloeding en hij heeft nog 10 dagen in het ziekenhuis doorgebracht. Dat zijn eigenlijk de meest waardevolle 10 dagen uit mijn leven met hem geweest. Omdat in dat proces van afscheid nemen hij niet meer kon praten en ik hem wel kon horen in zijn gedachten. ’s Avonds laat ging ik dan naar hem toe en dan waren we even bij elkaar. Uiteindelijk ben ik de man heel dankbaar voor de mogelijkheden die hij mij heeft geboden om te komen tot het besef wie ik ben, met alles erop en eraan.

Wat vond hij van je werk?

Nou, dat is wel grappig. Toen ik met mijn praktijk begon vroeg hij zich af of ik wel helemaal goed bij mijn hoofd was. Ik had een goede baan, verdiende veel geld en hij vond het maar grote flauwekul om dat zomaar op te geven. Een half jaar nadat ik was begonnen met de praktijk belde hij me op en zei dat hij even langs wilde komen. Ik zei dat dat goed was. Ik dacht dat hij op de koffie kwam, maar hij stond voor de deur met een canvassen tasje met daarin een pot honing en een pot jam. Hij zei ‘ik heb pijn in mijn knie. Ik weet niet of je er iets mee kunt, maar ik dacht, baat het niet, het schaadt ook niet. Ik ga je niet betalen, maar ik heb een potje honing en een potje jam voor je.’Dat was vreselijk leuk. Uiteindelijk vond hij het allemaal prima, hij respecteerde wat ik deed.

En was hij van de pijn in zijn knie af?

Ja, daar is hij vanaf gekomen.

Je hebt net een boek geschreven dat gaat over bewustwording. Wat is dat eigenlijk?

Het boek gaat over het proces dat daaraan ten grondslag ligt. Bewustwording zou ik omschrijven als het besef krijgen van je eigen wezen en aard, van de Eenheid omdat je verbonden bent met alles wat aanwezig is, niet alleen hier op aarde maar ook in de kosmos, en je gaat leven vanuit jouw eigen kern, autonoom, authentiek. Het vervult een leven. Dat heeft alles te maken met het diep ontmoeten van alle dingen die je in jezelf tegenkomt. Loskomen van je ego, van de dingen die je denkt te moeten en uiteindelijk als vrij mens door het leven gaan.

Transformatie?

Angst kun je transformeren tot moed. Dat wil niet zeggen dat de angst dan weg is want ieder mens kent angst. Maar moed wil zeggen dat je die angst onder ogen durft te zien en niet meer meegaat in de beweging die die angst oproept.

Hoe doe je dat dan?

Er is geen ‘hoe’. Die vraag stellen ze me altijd: hoe gaat dat dan en hoe doe je het? Je doet het of je doet het niet. Het is te vergelijken met het springen van de duikplank. Je kunt in theorie allerlei boeken lezen over hoe je van een duikplank af springt. Dan ben je in het zwembad, je bestijgt de trap naar boven, dan kun je nog honderd keer heen en weer lopen op die plank, maar uiteindelijk zijn er maar twee mogelijkheden: of je springt of je gaat weer terug. Er is dus geen hoe.

Maar als er geen hoe is, hoe kun je mij dan inzichtelijk maken wat er gebeurt?

Door je te laten ervaren wat er mogelijk is. Als je dat ervaart is het ‘hoe’ ook weg, want je weet dat het er is. Je komt pas tot het besef hoe een vanille ijsje smaakt als je eraan gaat likken. Als ik jou de mogelijkheid bied om aan een ijsje te likken dan weet jij hoe zo’n ijsje smaakt en is de vraag hoe het smaakt volkomen overbodig geworden.

In je boek noem je bewustwording ook wel de ‘tweede geboorte’. Christenen spreken van wedergeboorte. Lijkt dat op elkaar?

Nee, dat lijkt niet op elkaar. Wat ik bedoel kan ik het beste omschrijven met een voorbeeld dat de Soefi’s gebruiken. Zij zeggen ‘om te kunnen leven moet je kunnen sterven’. Dat is een overdrachtelijk sterven, je gaat er niet letterlijk aan dood, en het is het loslaten van je identiteit, van je ego.

Maar Jezus zegt op een gegeven moment “Wie zijn leven durft te verliezen zal het vinden’. Lijkt dat erop?

Dat is hetzelfde.

Je geeft in je boek het christendom een veeg uit de pan. Wat heb je ertegen?

Wat ik tegen het instituut heb is dat het als vorm belangrijker is geworden dan de inhoud. Dat betekent dat mensen niet meer zichzelf gaan ervaren en ervaren wat er mogelijk is maar in het kader van het geloof dingen voor waar gaan aannemen. Wat ik daar lastig aan vindt is dat het kader vaak in grote mate gevoed wordt door de angst. Dat gaat ook dwars tegen het hele verhaal van Jezus in. Als ik kijk naar het leven van die man dan heeft hij voorgedaan hoe het zou kunnen werken. Hij is een voorbeeld van het hele proces van bewustwording, met alles erop en eraan.

New Age moet het ook een beetje ontgelden in je boek.

Ja, ik ben daar niet zo voor omdat New Age maar één kant belicht van het verhaal, dat is het positivisme. Positief denken zou de sleutel zijn tot alles. Ik zeg niet dat positief denken niet goed is maar het moet wel een basis hebben. Als ik de negatieve kant van mezelf niet durf te ontmoeten en weg druk door alleen maar positief te denken, mis ik weer de helft. Als ik alleen in de angst blijf zitten mis ik ook de helft. Het is een totaalbeeld. De schaduwkant is wezenlijk om te komen tot het licht.

IKON, De Andere Wereld, 04- 01-2004

 

Naar het volgende interview >

< Terug naar Over ons